Essay, Een persoonlijke encyclopedie, Ann Welter for Belgian Newspaper De Tijd

Plaatsen doen er niet echt toe voor de Gentse fotograaf Sybren Vanoverberghe (25). Liever kijkt hij naar wat achterblijft als plekken hun functie hebben verloren: de ruïnes, de artefacten en de natuur. Voor zijn nieuwe boek ‘Sandcastles and Rubbish’ doolde hij vooral rond in de haven van Gent. Bladerend door de zowat 290 beelden zie je inderdaad sporen van wat ooit een scheepswerf is geweest: de achtergelaten armen van een heftruck, een verweerde A op een verroeste boeg, een deur uit haar hengsels, een verwrongen stuk staal. Veel vaker weet je niet wat je ziet. Een licht besneeuwde bergtop? Een waterval die langs een rotswand glijdt? Een stukje maanlandschap? Dat onbestemde is een streven. ‘Een beeld is goed als er niet te veel op staat dat overbodig is’, zegt Vanoverberghe. ‘Je krijgt bij mij weinig ruimte om nog andere dingen te zien. Het gaat om de afzondering van tijd en plaats, tot alleen het vormelijke overblijft. Mensen hebben zich bij sommige van mijn Gentse beelden al in de Grand Canyon gewaand.’

Vanoverberghe stopte in het boek wel enkele foto’s die hij maakte op een trip naar Bardenas Reales, een semiwoestijn in Spanje. ‘Een fantastische plek. Superwarm ook. Je hebt er het gevoel in Jordanië te zijn.’ Onderweg ernaartoe zag hij op een strand de rots die hem aan de zandkastelen in de titel van zijn boek hielp. ‘Eb en vloed hebben er een soort schreeuw uitgesleten. Het is machtig om te zien hoe tijd kan inwerken op materialen.’

Hij beschouwt zijn werk als een persoonlijke encyclopedie van opgezochte plekken. Maar anders dan in zijn vier vorige boeken draait het in ‘Sandcastles and Rubbish’ minder om het individuele beeld. ‘Het gaat over het geheel, de structuur, het grafische. Voor het eerst experimenteer ik ook met zeefdruk. Ik heb in de Gentse haven objecten verzameld. Ze zijn totaal niet waardevol, maar door ze in mijn atelier te fotograferen hecht ik er waarde aan. Sommige van die objecten heb ik over foto’s heen gezeefdrukt, als een extra gerasterde laag. Het is een voorzichtige stap naar iets meer sculpturaals.’

Het verzamelen moest er ooit van komen. ‘Als ik geen fotografie was gaan studeren, was het archeologie geworden. Het is iets dat in mij zit’, zegt Vanoverberghe. ‘Het verklaart ook waarom de sporen die de mens achterlaat me meer interesseren dan de mens zelf. En misschien voel ik me ook gewoon veilig bij het anonieme.’ Op welke verlaten plek hij hierna wil dolen, weet Vanoverberghe nog niet. Maar omdat ‘Sandcastles and Rubbish’ vrij donker is geworden, wil hij sowieso weer het licht opzoeken. ‘Ik geef graag een soort tegengewicht aan mijn vorige werken.’

Ann Welter
December 2021

Using Format